Welke evolutie maakt het faillissementsrecht door? Zijn er bepaalde trends in de rechtspraak? Opmerkelijke vonnissen of arresten? Ilse Mertens, vennoot van EVC Advocaten, en Nathalie Vermeersch, vennoot van Vermeersch De Paep Advocaten, laten hun licht schijnen over het insolventierecht.

De Covid-19-pandemie heeft een belangrijke impact op ons sociaal en professioneel leven. Ook voor bedrijven in verschillende sectoren is het lastig om het hoofd boven water te houden. “Hoewel er aanvankelijk gevreesd werd voor een tsunami aan faillissementen, valt dat voorlopig nog mee”, stelt Mr. Vermeersch. “Er zijn vandaag zelfs minder faillissementen dan vorig jaar in dezelfde periode. De ondersteunende maatregelen en het extra geduld dat bijvoorbeeld banken en schuldeisers aan de dag leggen en het Vlaams entrepreneurschap hebben er volgens mij voor gezorgd dat veel bedrijven na de lockdown hun activiteiten hebben kunnen hervatten.

Verwacht wordt dat de coronacrisis tot nieuwe bijsturingen van het insolventierecht zal leiden, sluit Mr. Mertens aan. Ook de Europese herstructureringsrichtlijn moet in België nog worden omgezet.

Vroeger werd een faillissement als een kankergezwel beschouwd dat uit het economisch weefsel verwijderd moest worden. Vandaag ligt de focus meer op de continuïteit van het ondernemerschap.
– MR. ILSE MERTENS

Spiegel voor onze maatschappelijke opvattingen

“De geschiedenis van het insolventierecht is als het ware een spiegel van onze maatschappelijke opvattingen”, gaat Mr. Mertens verder. “In een ver verleden konden schuldenaars zich fysiek verhalen op hun schuldenaars. In de 16de eeuw ontstond het insolventiebegrip zoals we dat vandaag nog steeds kennen. Er werd een soort van collectiviteit ingebouwd, waarbij de schuldeisers zich collectief konden richten op een afgescheiden boedel. Dit is vandaag nog steeds min of meer het geval. Wel stellen we vast dat dit collectieve idee steeds vaker uitgehold wordt zodat het onderpand voor de massa van de schuldeisers wordt afgeroomd. Sinds mei 2018 worden de activa die voortvloeien uit een oorzaak van na het vonnis van de faillietverklaring, buiten de boedel gehouden, wat het Grondwettelijk Hof om ethische en sociaal-economische redenen heeft gehandhaafd in een recent arrest. Ook werden de rechten van hypothecaire schuldeisers, de zogenaamde “separatisten” bevestigd in recente rechtspraak van het Hof van Cassatie.

Verruimd ondernemingsbegrip

Het nieuwe insolventierecht van mei 2018 is er op gericht om het ondernemerschap te stimuleren. Waar er vorig jaar nog een grote onenigheid bestond in de uitspraken van de ondernemingsrechtbanken, evolueert de rechtspraak van de Hoven van Beroep naar een verruimd ondernemingsbegrip. Zaakvoerders en bestuurders worden beschouwd als ondernemers van zodra ze een lange tijd een mandaat hebben uitgeoefend en ongeacht het onbezoldigd karakter van dit mandaat. Zij kunnen dus ook failliet worden verklaard en genieten van de kwijtschelding van hun restschulden. Dergelijke kwijtschelding zou tussen de 95% tot 99% van de gevallen worden toegekend volgens de parlementaire voorbereidingen. Enkel de kennelijk grove fout van de betrokkene is reden tot (al dan niet beperkte) weigering van kwijtschelding wat een uitzonderlijke situatie dient te betreffen zoals het Hof van Beroep in recente rechtspraak opmerkt.

Vroeger vond men een faillissement een kankergezwel dat uit het economisch weefsel verwijderd moest worden. Vandaag ligt de focus meer op de continuïteit van het ondernemerschap.

Een faillissement stopt – net zoals een virus – niet aan een landsgrens.
– MR. NATHALIE VERMEERSCH

Grensoverschrijdend insolventierecht

Europa is meer dan ooit een gegeven in het bedrijfsleven en in de regelgeving. Een problematiek die tot vandaag volgens Nathalie Vermeersch enigszins onderbelicht is, heeft betrekking op de grensoverschrijdende insolventie. “Toegegeven, het aantal dossiers is vooralsnog beperkt. Maar in een Europese context merken we toch dat bedrijven steeds vaker over vestigingen in verschillende landen beschikken, waarbij ze de nodige creativiteit aan de dag leggen als het op een mogelijk faillissement aankomt. In het belang van de schuldeisers en de werknemers dient hier dus voldoende aandacht aan besteed te worden en dient er indien mogelijk initiatief genomen te worden. Een faillissement stopt – net als een virus- niet persé aan een landgrens.”

Ook vrijeberoepers kunnen failliet gaan

Sinds mei 2018 kunnen ook vrijeberoepers, zoals advocaten, dierenartsen of apothekers, failliet gaan, aangezien zij door de wetgever als ondernemers beschouwd worden. Dit heeft sinds de invoering ervan reeds geleid tot enkele gerechtelijke uitspraken. Voor de curatoren betekent dit een nieuw gegeven, nu zij geflankeerd worden door een mede- insolventiefunctionaris (vrije beroeper).

Zin in meer?

Schrijf je dan in voor de opleiding Faillissementsrecht op 19 en 27 november, waar tal van belangrijke en recente cases toegelicht worden.